Alvis staat bekend als een Engelse fabrikant van kwalitatief hoogwaardige auto’s die een aantal belangrijke innovaties introduceerde die nog altijd worden toegepast in de auto-industrie. De expositie toont een prachtig overzicht van de belangrijkste modellen die werden voorzien van veelal typisch traditionele Engelse carrosserieën.
In 1919 begon ingenieur en ondernemer Thomas George John in Coventry een kleine fabriek, die in het volgende jaar de eerste auto’s produceerde. Deze waren van hoge kwaliteit en voorzien van een 1,5 liter viercilinder motor met aluminium zuigers en druksmering, vooruitstrevend in die tijd.
In de 20er jaren had Alvis een leidende rol in de toepassing van voorwiel aangedreven race auto’s die actief waren op Brooklands, Le Mans en de Tourist Trophy. De opgedane ervaringen in de racerij leidde ertoe dat Alvis in 1928 de eerste voorwiel aangedreven productie auto ter wereld introduceerde.
Vanaf 1927 werden ook zescilinder auto’s toegevoegd aan het leveringsprogramma. De chassis waren van eigen fabricaat maar het koetswerk werd nog steeds door verschillende Engelse carrosseriebouwers geleverd. De modellen werden steeds groter en luxueuzer en de concurrentie werd aangegaan met merken als Bentley en Lagonda. In 1933 presenteerde Alvis de eerste productie auto met volledig gesynchroniseerde versnellingsbak. Een jaar later kwam het merk met onafhankelijke voorwielophanging.
Vlak voor het begin de Tweede Wereldoorlog kwam de nadruk bij Alvis te liggen op de productie van vliegtuigmotoren en op militaire voertuigen. Door Duitse bombardementen in 1940 werd de autofabriek volledig verwoest. Na de oorlog kwam de productie van auto’s in het hogere marktsegment weer op gang. Wederom werd er voor gekozen om de carrosserieën bij derden te betrekken. In 1967 stopte uiteindelijk de productie van Alvis personenauto’s.
De tentoonstelling ‘100 jaar Alvis’ is tot stand gekomen op initiatief van en in nauwe samenwerking met de Alvis Owners Club Nederland.