De bijzondere Maharadja auto’s in het Louwman Museum
In de eerste helft van de twintigste eeuw was India deels Moslim, deels Hindoe en was er een zeer sterke klassenscheiding, de zogenoemde kasten. In tegenstelling tot Europa, waar sociaal onderscheid min of meer stilzwijgend wordt gemaakt. Men wist in die tijd precies tot welke kaste men behoorde en anders dan door huwelijk blijft men daartoe behoren. Hoe hoger de kaste, hoe belangrijker iemand is.
De Maharadja (Hindoe) ofwel Nizam (Moslim) kwamen overeen met wat in Europa ‘koninklijk’ genoemd zou worden. Hieronder kwam het systeem van de kasten met zijn verschillende gradaties. Het mag duidelijk zijn dat bovengenoemde titels voorbehouden werden aan de ‘Rulers’ van de vele regio’s die het enorme India kende. Om de zaken verder te compliceren, hadden de Engelsen, die het toen nog voor het zeggen hadden, de verschillende gebieden gerangschikt naar belangrijkheid. Dit onderscheid werd gevonden in het aantal saluutschoten dat bij passende gelegenheden werd afgevuurd. De belangrijkste Staat was Haiderabad met 23 schoten. Er waren ook gebieden zonder saluutschoten!
Haiderabad was de belangrijkste staat omdat het een van de grootste was en met afstand de meest welvarende. De rijkdom van de Nizam was legendarisch en in de jaren dertig behoorde hij tot de rijkste mensen ter wereld.
De Nizam van Haiderabad
Naar verluid bezat hij zoveel parels dat een zwembad van Olympische afmetingen daarmede gevuld kon worden. Het vervoermiddel van de Nizam was uiteraard een Rolls-Royce waar een grote troon op was gebouwd. Het zal dan ook geen verbazing wekken dat zijn hofhouding meerdere zeer fraaie en luxe voertuigen kende.
Eén daarvan was een auto die bekend staat als de “Silver Phantom of Hyderabad”. Het betreft hier een RR Phantom I, voorzien van een stijlvolle carrosserie van Barker, ook wel de hofleverancier van Rolls-Royce genoemd. De eigenaar van deze auto was de premier van Haiderabad. Deze man, de Nawab, had de traditionele Engelse opvoeding genoten (Eton, Cambridge en Sandhurst) zodat de keuze van het merk auto min of meer voor de hand lag. Het probleem van een auto als deze Phantom was dat hij beperkt gebruikt werd. Uiteraard werd hij van stal gehaald om bezoekende hoogwaardigheidsbekleders te vervoeren zoals de voormalige en vooral kortstondige Koning Edward VIII alsook de Onderkoning van India, maar dat was het dan.
1926 Rolls-Royce 40/50-HP Phantom Barker Torpedo Tourer
De aanwezigheid van twee grote schijnwerpers ter hoogte van de voorruit zouden erop kunnen duiden dat deze auto ook ingezet werd om tegen het vallen van de avond wat wild te verschalken. In dergelijke kringen was dit een geliefde bezigheid.
In latere jaren raakte de auto in ongebruik maar vond een nieuw leven in het “trouwcircuit”. Huwelijken in India worden altijd groots aangepakt en wat is een meer geschikt middel om bruid en bruidegom te vervoeren dan een (voormalige) hofauto? Talloze jonge echtparen hebben de auto gebruikt voor “de belangrijkste dag van hun leven”.
Deze auto is jaren later ontdekt door een Engelse verzamelaar wie het uiteindelijk gelukt is auto te verwerven. Na enige tijd in een museum in Engeland te hebben gestaan is de auto in het bezit gekomen van het Louwman Museum.
Naast de Rolls-Royce herbergt het Museum nog een auto die bestemd was voor gebruik in India. Deze auto is van origine eigendom geweest van iemand die veel geld in India had verdiend en dit kennelijk zichtbaar wilde maken voor eenieder. Deze man, de Schot Robert “Scotty” Matthewson woonde in Calcutta.
Calcutta was in die tijd de op een na grootste stad van het Britse Keizerrijk (na Londen) en in het deel van de stad waar Matthewson woonde, was een groot meer met een grote populatie aan zwanen. Dit, in combinatie met zijn wens een opvallend voertuig te bezitten, heeft hem er waarschijnlijk toe gebracht in Engeland een voertuig te laten bouwen dat later de “Swan Car” zou gaan heten. De bouwer was Brooke, een relatief onbekende autofabrikant die meer thuis was in de maritieme wereld als (motor)botenbouwer. Geld was geen obstakel en kosten noch moeite werden gespaard om een in het oog springend voertuig te maken. De keuze van Brooke in plaats van bij voorbeeld Rolls-Royce was desondanks opvallend. Boze tongen beweerden overigens dat Rolls-Royce niet bereid was mee te werken aan een dergelijk extreem voertuig en daarom, uiterst beleefd uiteraard, geweigerd had.
1910 Brooke 25/30-HP Swan Car
Het uiterlijk was dat van een zwaan, waarschijnlijk geïnspireerd door het Swan Park in Calcutta, waar Matthewson woonde. Er werd gekozen voor een carrosserie van hardhout wat de auto een gewicht geeft van ca. 3.000 kg. De accessoires van de auto zijn bekend, een orgel, heet water uit de snavel van de zwaan en borstels om de banden schoon te maken.
De motor, een vroege zescilinder, leverde een voor die tijd heel behoorlijk, maar voor het gewicht van de auto beperkt, vermogen. Het zal echter nooit de bedoeling zijn geweest hoge snelheden te ontwikkelen!
De auto werd “gedoopt’ met een fles champagne in Swan Park, waarnaar de auto vernoemd werd. De eerste deelname aan het verkeer van Calcutta leidde tot krantenkoppen: “Vrouwen begonnen te gillen”en “Het op straat lopende vee stoof in alle richtingen uiteen”. En dan te bedenken dat het verkeer in Calcutta in die tijd (april 1910) toen al heel druk en rommelig was. De reactie van de autoriteiten was voorspelbaar en de Swan Car mocht niet meer op straat verschijnen.
Matthewson besloot uiteindelijk zijn auto te verkopen. Een koper werd gevonden in de persoon van de Maharadja van Nabha, een gebied op een paar honderd kilometer ten noorden van Delhi. Nabha was een van de kleinere vorstendommen (2400 km2) met “slechts” 13 saluutschoten.
Na een conflict met het naastgelegen vorstendom werd deze Maharadja gedwongen af te treden. Zijn zoon, toen 9 jaar oud, volgde hem na een regentschap in 1940 op. Voor deze zoon werd de Cygnet (Baby Swan) gebouwd, welke thans een twee-eenheid vormt met de Swan Car. De auto’s werden nog maar zelden gebruikt en in de jaren tachtig werd een gedeelte van het wagenpark van de Maharadja van Nabha verkocht, waaronder de roemruchte Swan Car. Beide auto’s zijn door het Louwman Museum verworven en onderworpen aan een zeer uitvoerige restauratie.
De Swan Car is voor velen de meest herkenbare auto van het museum.
Peter Helbach