Hotchkiss Gazogène
Gas-aangedreven auto’s zijn een Franse vinding en dateren al uit de jaren twintig, als autofabrikant Marius Berliet start met de bouw van bedrijfsauto’s die op houtgas rijden.
Fabrikanten als Renault en Panhard & Levassor volgen snel. Houtskool dient als basis voor het gas, dat wordt gevormd via een gasgenerator.
Tijdens de Duitse bezetting is het voor burgers vrijwel onmogelijk om aan benzine te komen en blijkt de houtgasgenerator oftewel ‘gazogène’ de oplossing. In 1941 rijden er in Frankrijk circa vijftigduizend auto’s met gasgeneratoren rond, zoals deze omgebouwde Hotchkiss bestelwagen. Omdat hierdoor jaarlijks zo’n 150.000 ton hout wordt verbruikt en dus ontbossing dreigt, wordt de verdere productie van gasgeneratoren door de Duitsers verboden. Niet alleen is dit een nieuwe manier om de mobiliteit van de burgers te beperken, het wordt door de bezetter ook gebruikt als excuus om meer auto’s te confisqueren.
.