Ahrens-Fox Model N-S-2 1000 GPM Fire Engine
Zeven van deze gigantische Amerikaanse Ahrens-Fox brandweerauto’s doen van 1928 tot 1971 dienst bij de Rotterdamse brandweer. In de Tweede Wereldoorlog bewijzen ze dankzij hun bluscapaciteit van bijna 4.000 liter per minuut hun waarde bij het bestrijden van de branden na het Duitse bombardement op Rotterdam in mei 1940.
De brandweerauto’s zijn in Rotterdam afgeleverd als chassis met motor, waarna de Rotterdamse materieelbouwer Bikkers de opbouw maakt. De auto is uitgerust met een zescilinder motor met een indrukwekkende 16,4 liter inhoud en bevat een systeem om de motor te koelen met het bluswater. Let op de buizen die naar de radiateur lopen. De grote zilveren bol op de zogenaamde ‘voorbouwpomp’ is een drukvat. Chauffeurs krijgen in die tijd een speciale opleiding om met deze auto’s te rijden; de draaicirkel alleen al bedraagt 22 meter.
Het merk Ahrens-Fox, dat in 1912 zijn eerste brandweerauto aflevert, geldt als de ‘Rolls-Royce onder de brandweerwagens’. In 1917 slaagt een Ahrens-Fox van de New Yorkse brandweer erin om water te pompen naar de top van het op dat moment hoogste gebouw ter wereld, het 245 meter hoge Woolworth-gebouw.